De schenkelfeder wordt in zijn meest gebruikelijke vorm uit rond draad vervaardigd.
De veerkrachten worden via de schenkels overgebracht, waarbij meestal één schenkel vast is geklemd en de feder op een pen of in een huls wordt geleid. Schenkelfedern worden voornamelijk gebruikt in de apparaten- en constructiebouw.
Schenkelfedern zijn schroefveren van meestal ronde draden en worden onderworpen aan torsie (verdraaiing). Ze hebben een lineaire koppelkarakteristiek. Draaiveren zijn ruimtelijk gewonden buigveren, waarbij het materiaal voornamelijk op buiging wordt belast. De krachtinvoer gebeurt via de schenkels aan het begin en het einde van de feder, die op verschillende manieren kan worden aangepast.